Wil je voor het eerst, of sinds lange tijd weer aan konijnen beginnen? Dan zul je merken dat er de laatste jaren heel veel veranderd is op het gebied van konijnenwelzijn. Een konijntje alleen in een traliekooi of klein hokje in de tuin kan echt niet meer. Maar ook de volle bak brokjes is echt passé. Wat zijn nou echte basisbehoeften van een konijn?
Voldoende leefruimte
Een standaard konijnenhok uit de dierenwinkel kan niet meer. Nog zo vaak hoor je dat iemand als argument voor zo een klein hokje geeft “maar ze verkopen het toch als konijnenhok, dan is het toch ook goed voor een konijn!”. Helaas is de dierenwinkelwereld niet meegegaan met de ontwikkelingen van deze tijd. Ze zouden kippenrennen moeten gaan verkopen als minimaal hok voor konijnenkoppeltjes, in plaats van de postzegelkotjes die er meestal staan. Een konijn heeft minimaal 2 vierkante meter leefruimte nodig. Dat is dus niet 120×50 cm. Nee, dat is echt 200×100 centimeter. Per konijn. Voor een koppel dus het dubbele. En daar zijn geen standaard hokken in te koop. Meestal kom je dan uit bij een konijnenvoliére voor buitenkonijnen of een panelenren voor binnenkonijnen.
De juiste voeding
Konijnen zijn bladeters, folivoren. Wilde konijnen eten niets anders dan grassen. Aangevuld met wat ze op dat moment tegen komen aan bladeren, kruiden en takken. Veel tamme konijnen krijgen zodra ze die voeding krijgen helaas diarree. Met de spijsvertering van tamme konijnen is het helaas slecht gesteld. Waar deze konijnen wel tegen kunnen is gedroogd gras: hooi. Geef als belangrijkste voedsel aan de konijnen hooi. Het liefst een soort met een aantal verschillende grassoorten er in, zoals een weidehooi of bergweidehooi mengeling. Een konijn hoort zijn eigen formaat in los hooi per dag te eten. Konijnen mogen ook verse groenten en kruiden eten. Leer de konijnen daar wel rustig aan wennen, dat voorkomt diarree. Tot slot vul je de voeding aan met een kleine, goed afgemeten hoeveelheid brokvoer. Geen gemengd voer, maar allemaal dezelfde staafjes. Vaak is 15-25 gram van die brokjes per kilogram lichaamsgewicht van het konijn voldoende.
Een maatje van hun eigen soort
Konijnen leven in de natuur in groepjes van één ram en een aantal voedsters. Vaak leven er in één konijnenburcht meerdere van deze groepjes bij elkaar. Konijnen zijn dus dieren die van nature samen leven met soortgenootjes. Helaas is het heel lang gebruikelijk geweest om konijnen alleen als huisdier te houden. Gelukkig begint dat beeld steeds meer te veranderen. Ook huisdierkonijnen hebben namelijk een maatje van hun eigen soort nodig om gelukkig te zijn. Geen cavia, geen kat. Echt een konijnenmaatje. Mannetjes konijnen, Rammetjes, worden steeds vaker gecastreerd zodat ze samen kunnen leven met een soortgenootje. Maar konijnen zijn daar wel kieskeurig in. Ze willen niet zomaar met het eerste de beste konijn samen leven. Gelukkig kun je met jouw konijn speeddaten bij konijnenopvangen om de liefde van zijn of haar leven te vinden.
Medische zorg
Konijnen zijn goedkoop in aanschaf. Gratis van marktplaats of een online buurtgroep, voor een paar tientjes uit de dierenwinkel. Je kan makkelijk en goedkoop aan een konijn komen. Helaas heeft dat er wel voor gezorgd dat mensen niet graag geld uit geven aan hun konijn. De jaarlijkse inentingen, die echt nodig zijn om virusziektes als myxomatose en RHD 1 en RHD 2 te overleven, worden overgeslagen. En dan ligt het konijn opeens plots dood in het hok, hoe zou dat nou komen?
Ook hoor je vaak de frustratie van dierenartsen die een ziek konijn in de praktijk krijgen, waar eigenaren geen behandeling voor willen betalen. “Voor dat bedrag heb ik 10 nieuwe konijnen!”.
Wij zijn toch echt van mening dat als je begint aan huisdieren, of dat nou een hond of een muis is, of in dit geval konijnen, dat je verplicht bent er alles aan te doen om dat dier gezond te houden en gezond te maken. Ook de dierenartsrekening hoort daar bij!
Een veilig gevoel
Heel lang hebben konijnen een schoothondjes imago gehad. Een knuffeldier voor kinderen. Konijnen vinden op schoot zitten en opgepakt worden echter niet fijn. Hoewel ze rustig en stil blijven zitten, en mensen daardoor denken dat ze het wel fijn vinden, zie je als je goed kijkt dat de ogen wijd opengesperd zijn en de ademhaling snel gaat – tekenen van stress. Laat konijnen zo veel mogelijk met vier pootjes op de grond staan en ga er lekker bij zitten om te knuffelen, als het konijn dat wil tenminste. Geef ze ook de kans weg te lopen als ze niet willen. Des te fijner is het, als ze je wel een lekkere knuffelsessie gunnen! Optillen doe je alleen als het echt (medisch) noodzakelijk is, bijvoorbeeld voor een dierenartsbezoek.
Zorg er voor dat het verblijf zo is ingericht dat ze niet alleen voldoende ruimte hebben, maar ook een veilig gevoel. Schuilhokjes en tunnels bieden een plek om rustig te ontspannen. Voor buitenkonijnen is een goed overdekte ren die bestand is tegen roofdieren zoals marters, vossen, brutale katten en roofvogels ook echt noodzakelijk.
